Een dag bij een tijdrit in de Tour de France

Grote Rondes bestaan uit meerdere disciplines waar rijders voor het algemeen klassement kunnen vertrouwen op de hulp van hun ploeggenoten, behalve bij de tijdritten. Tijdens deze individuele korte races is het ieder voor zich. Hier kun je veel tijd winnen of verliezen. Een kleine fout of verkeerde vorm kan een goede plek in het algemene klassement bederven, zoals we vorig jaar hebben gezien in de beslissende tijdrit in de Tour de France . Gaat dat dit jaar weer gebeuren? Rigoberto Urán van EF Pro Cycling weet er alles van en vertelt ons hoe een typische dag met een tijdrit eruitziet.

Urán is een van de belangrijkste kandidaten voor een hoge plek in het algemeen klassement van de Tour de France. In 2017 werd hij de tweede in het algemeen klassement, in 2019 zevende en in 2020 achtste. “Voor mij is de Tour speciaal en de belangrijkste race ter wereld met de beste rijders. De Tour is erg zwaar en ik doe altijd mijn best om zo hoog mogelijk te eindigen. Maar er zijn veel factoren die van belang zijn: je gezondheid, een goede conditie voor de 21 etappes, en het vermijden van ongelukken, botsingen, mechanische defecten, enzovoort. Maar ik moet toegeven: Als je eenmaal op dat laatste podium in Parijs hebt gestaan, zoals ik vier jaar geleden, wil je dat weer bereiken!”

Hoewel de Colombiaanse ster bekend staat om zijn geweldige klimvaardigheden, is hij ook een snelle tijdrijder. Urán houdt vooral van de tijdritten in de Grote Rondes en we zien dit terug in zijn resultaten . In bijna elke tijdrit in de Tour de France eindigde hij in de top 10. “Ik vind de tijdritten geweldig! Ik ben geen Cancellara, maar ik ben niet slecht voor een klimmer”, lacht hij. Urán traint gedurende het jaar ongeveer twee keer per week op zijn speciale tijdritfiets, maar legt uit waarom je hem niet bij de winnaars zult vinden na de proloog of tijdens een individuele tijdrit. “Dat is totaal anders omdat iedereen in het begin fris is, of omdat ze zich alleen op deze discipline hebben voorbereid. Ik ben geen tijdritspecialist, maar in een Tour de France na 19 etappes en alle beklimmingen voelen je benen anders aan en heb je meer kracht nodig. Dat is mijn sterke punt. Ik heb de juiste uitrusting voor de tijdrit van dit jaar in de Tour, de fiets werkt goed en ik heb getraind voor de tijdrit. We zullen zien”, zegt Urán, die iedereen tijdens de Ronde van Zwitserland verraste door de tijdrit te winnen.

Hoe ziet een tijdrit er tegenwoordig uit?

Omdat een tijdrit later op de dag begint dan een normale etappe, hebben de wielrenners tijd voor een extra training in de ochtend. Dan controleren ze alle details van het parkoers nogmaals met het team – de bochten, waar de wind vandaan komt, welke versnellingen ze gebruiken, enz. Soms verkennen ze het parkoers al enkele maanden voor de race, maar de extra verkenning op de dag zelf is van cruciaal belang. “Dat is heel belangrijk, want dan is het parkoers afgesloten en ziet het er totaal anders uit. Er is geen verkeer en je moet de bochten onder een andere hoek aansnijden vanwege de hekken die ze op de route hebben geplaatst.”

Tijdens een tijdrit is voeding net zo belangrijk als in een normale etappe, maar voor de koks is het een dag hard werken. Omdat elke rijder een andere starttijd heeft, kunnen ze niet samen ontbijten en eten ze allemaal op een ander tijdstip. Hoewel een tijdrit veel korter is dan een normale etappe in een Grote Ronde, eet Urán hetzelfde. “Normaal gesproken eet ik 3 uur voor het begin van een etappe in de Tour. Ik eet een omelet met drie of vier eieren en kaas, wat rijst, brood en koffie. En ik verander mijn menu niet graag, dus bij een tijdrit eet ik 3 uur voor de race ook hetzelfde. Als ik om 17:00 uur start, heb ik een vroeg ontbijt en daarna eet ik om 14:00 uur mijn omelet, rijst, enz.” Behalve de koks werkt de anderen in het team, zoals de mecaniciens, ook de hele dag door vanwege de individuele starttijden. “Het is een race van maar 1 uur, maar je hebt 10 uur nodig om alles voor te bereiden.”

Opwarmen op de Tacx® trainer

Wanneer het hotel dicht bij het parkoers ligt, verlaat Urán het hotel normaal gesproken 2 tot 3 uur voor aanvang. Een uur voor zijn tijdrit begint hij met zijn warming-up op de Tacx NEO 2T trainer. Wie Urán op social media volgt, zal hebben gezien dat hij graag traint op de Tacx trainer. Neem bijvoorbeeld vorig jaar, toen hij gewond raakte na een botsing, en tijdens de lockdown toen het niet mogelijk was om buiten te trainen. “Ik heb elke dag gereden in de virtuele werelden van Zwift. Ik vind dat leuk en gebruik de Tacx vaak. Daarnaast kun je de pedaalslag op een tijdritfiets optimaliseren met een Tacx trainer en je perfecte houding testen. Alleen op een Tacx kun je 40 minuten rijden zonder te remmen voor verkeer of bochten en je volledig op deze dingen concentreren.”

Voordat Urán begint met zijn warming-up, zorgt hij dat alles klaar is voor de wedstrijd. De radio is bevestigd aan zijn lichaam, de communicatie is aangesloten op zijn oren, hij heeft zijn tijdritpak, zijn schoenen, handschoenen – alles. Alleen de helm moet nog worden opgezet voor de race. Sommige rijders geven de voorkeur aan de warming-up op een wegfiets, maar de Colombiaan gebruikt zijn tijdritfiets de hele dag. Dan is het tijd om het warming-up protocol uit te voeren op zijn Garmin Edge® : “Mijn coach stuurt hiervoor de instructies. Bij een normale tijdrit van 30 kilometer start ik bijvoorbeeld 10 minuten in vermogenszone 2 en vervolgens ga ik gedurende 2 minuten elke 30 seconden 1 zone hoger voordat ik gedurende 2 minuten hetzelfde in de omgekeerde volgorde doe tot zone 1. Dit herhaal ik 4 keer. Vervolgens ontspan ik 3 of 4 minuten voordat ik 10 seconden lang voluit sprint om het lichaam te activeren. Dit duurt ongeveer 35 tot 40 minuten. Dit schema kan per rijder en ook per race verschillen. Is het aan het begin van een Grote Ronde of na 19 etappes? Is het een superhete dag en gaat dit veel energie kosten? Dus soms is 20 minuten voldoende en soms heb je 40 minuten nodig.”

Om in de juiste zone te komen, sluit Urán zich zo veel mogelijk uit. “Sommige rijders kijken naar de tv om de andere rijders te zien tijdens de tijdrit, maar ik niet. Het is gewoon te veel informatie. Als je een andere rijder ziet vallen, kun je je niet meer concentreren. Ik bekijk alleen mijn vermogensgegevens op de Garmin Edge en luister naar muziek. Colombiaanse muziek – reggaeton! Dat is goed voor mijn motivatie.”

Fans komen altijd naar de teambussen om een glimp op te vangen van de pro-rijders die met hun warming-up bezig zijn, maar dit leidt hem helemaal niet af. “Soms zie je de mensen niet eens. Je bent gefocust en luistert naar je muziek. Zelfs als je gezin er is, zie je ze niet omdat je zo geconcentreerd bent. Sorry, maar ik ben aan het werk!” Na de warming-up gaat Urán naar de teambus, brengt hij een belangrijk laatste toiletbezoek en ongeveer 10 minuten voor zijn race gaat hij naar de start. “Ik wil mijn tijdritfiets op tijd controleren. Misschien moet je nog iets veranderen, zoals het zadel met 1 of 2 millimeter lager zetten.”

De tijdrit

Het grote moment is daar en de race begint bijna. Sommige renners gebruiken de laatste minuten voor de start om nog wat op de Tacx te fietsen; anderen zitten gewoon en wachten. De spanning stijgt en de stressniveaus gaan omhoog, vooral voor een klassementsrijder zoals hij. Het is een heel belangrijk moment: Ze kunnen veel kostbare tijd winnen of verliezen voor het klassement. U kunt zich voorstellen dat de mentale druk enorm is wanneer ze vertrekken.

“Ja, het is supermoeilijk. Je krijgt tijdens de race informatie van je team, bijvoorbeeld of je tijd hebt verloren of gewonnen in vergelijking met je tegenstanders. Maar dat vind ik niet prettig; ik wil me richten op de race en gewoon voluit rijden. Dus tijdens de race wil ik alleen mijn vermogen zien op mijn Garmin Edge® 130. Geen hartslag, snelheid, cadans, hoogte, enzovoort. Ik ga de eerste 3 minuten voluit om op snelheid te komen en daarna houd ik gedurende 20 minuten dat vermogen vast, maar dit hangt uiteraard af van de koers.”

“Naast het vermogen richt ik me alleen op de instructies van mijn team die me volgen op het parkoers. Ze hebben meer zicht in de auto dan ik heb met mijn aero-helm, vooral als ik voluit ga op een recht stuk. Ik houd mijn hoofd op dat moment omlaag voor de beste aerodynamica. Ik zie de weg soms niet gedurende 5 km en dan zal het team me instrueren meer naar links of rechts te gaan om recht op de weg te blijven. Mijn benen gaan bam, bam, bam en ik zie alleen mijn vermogen, bijvoorbeeld 400, 420, 380. En soms herinner ik me de volgende bochten niet, maar mijn team heeft alle informatie. Dus ik kom met 60 km/u op een bocht af en het team zegt: ‘Je hoeft niet te remmen, je kunt vol gas in aero-positie.’ Dan moet je ze alleen maar vertrouwen.”

Hij sluit zijn ogen, plaatst zijn handen op het denkbeeldige tijdritstuur voor hem en even is hij terug op het parkoers. Net als een bobsleeër met tunnelvisie beweegt hij van bocht naar bocht. “De volgende bocht is gevaarlijk. Pas op voor de kleine hobbel in het midden, dus het is beter om links te blijven, maar je moet remmen”, gaat hij verder met de instructies van het denkbeeldige team. Hij opent zijn ogen weer en zegt: “Het is bijna hetzelfde als rallyracen waarbij de bestuurder volledig afhankelijk is van het navigator en diens instructies moet volgen. Als ze zeggen dat het vol gas is, maar er een bocht is, zal ik onderuit gaan. Ze moeten alle details van het parkoers kennen; dat is erg belangrijk.”

Focus houden is essentieel tijdens een tijdrit: “Ik een keer bijna gecrasht tijdens een tijdrit, hoewel het team me had gewaarschuwd voor een gevaarlijke bocht. Maar ik wilde er sneller doorheen gaan. Dat was een les die ik hebt geleerd: Je hebt vertrouwen nodig voor een tijdrit, maar niet te veel. Eén fout en je verliest alles. Je kunt 1 minuut of meer verliezen bij een val in een tijdrit”. In geval van een crash, een mechanisch defect of een lekke band hebben de renners een extra tijdritfiets op de teamwagen die ze volgt. “Ik heb er zelfs een extra Garmin op bevestigd omdat je geen tijd hebt om het toestel te vervangen. Elke seconde telt. De mensen in de volgauto zijn ook erg gefocust; als er iets gebeurt, kunnen ze heel snel de fiets wisselen.”

Wanneer de race voorbij is, is het tijd om af te koelen op de Tacx trainer. Denk daarbij aan een eenvoudige ritje van 20 minuten om de benen wat losser te maken. Urán gebruikt hiervoor het liefst zijn wegfiets omdat hij daar in de volgende etappe weer op rijdt. Na afloop analyseert het team alle gegevens in Garmin Connect™ , maar soms wil hij hier ook zelf in duiken. “Vooral als je de hoge snelheden hebt bereikt, is het goed voor de motivatie”, concludeert hij met een brede glimlach.